Wanneer een auto ‘officieel’ als occasion kan worden betiteld moet het voertuig minimaal 1.000 (buitenlandse) kilometer op de teller hebben. Dat oordeelde het Hof van Amsterdam onlangs in een van de vele BPM-zaken die lopen bij de import van auto’s.
Dat de import van occasions al vele jaren booming is, moge bekend zijn. Vorig jaar alleen al kwamen er zo’n 200.000 voertuigen vanuit het buitenland naar Nederland. Over deze voertuigen moet bij import BPM worden betaald. Die BPM-afdracht kan op meerdere manieren worden berekend, één daarvan is via het (koerslijst) taxatiesysteem van XRAY Automotive. Van de 200.000 importoccasions liepen er vorig jaar 60.000 via XRAY. “Het levert onze klanten een gemiddelde besparing op van 23,5 procent”, aldus XRAY-directeur Tom Corduwener.
XRAY heeft de zegen van de fiscus, benchmarkt zelfs de wagenparken van meerdere overheidsorganisaties, maar Corduwener kent als geen ander alle ‘heibel’ rondom BPM-importzaken. Onlangs bleek uit data van de Raad voor de Rechtspraak dat alleen al vorig jaar ruim drieduizend procedures zijn gestart, het hoogste aantal sinds 2012. Hij verwacht dat de uitspraak van het Amsterdamse Hof daar weinig verandering in brengt, hoewel het onderwerp nu ook op de politieke agenda staat. Staatssecretaris Snel heeft onlangs een brief gestuurd naar de Tweede Kamer over de knelpunten bij import. Daarin pleit hij voor beter toezicht van de RDW op (sjoemelende) marktpartijen die zich vooral bezig houden met incorrecte schadetaxaties.
Dat de Hof nu enigszins duidelijkheid geeft over wanneer een auto officieel als tweedehands kan worden bestempeld – iets wat wel degelijk invloed heeft op het af te dragen BPM-bedrag bij import – is geen slechte zaak, aldus Corduwener. Volgens het Hof zou op het moment dat een stand van 1.000 kilometer op de teller is bereikt, de modale autokoper een auto niet meer als nieuw zal aanvaarden en daarom is er naar maatschappelijke opvattingen geen sprake meer van een nieuwe auto. De zaak was aangespannen door een bedrijf dat een Volkswagen Caddy importeerde uit Duitsland met 834 kilometer op de teller. Ervan uit gaande dat de import auto tweedehands was betaalde hij 6.775 euro aan BPM. De inspecteur vond echter dat sprake was van een nieuwe auto en legde het bedrijf een naheffingsaanslag op van 4.326 euro. En daar ging het Hof dus in mee.
Corduwener benadrukt dat als mensen of bedrijven auto’s willen importeren er vooral op moeten letten geen ‘gedoe’ aan te gaan. “Onze methodiek, afschrijving via de koerslijst, geeft de meest betrouwbare waarden. Onze klanten, waaronder veel grote dealerholdings, willen zekerheid en geen juridische procedures. De belastingdienst kan immers na 5 jaar nog aankloppen en naheffingen opleggen. Dat wil je niet.”